Kippig achter het urinoir

Uitbaters Cor en Ans Horst in De Haen in Hoevelaken.

Onlangs dronk ik een biertje in De Haen. Deze horecagelegenheid in Hoevelaken wordt sinds kort gerund door Ans en Cor Horst, goede kennissen van mij.

Deel dit blog

Ze hebben de zaak in een nieuwe jas gestoken, warm en modern. Het was de eerste keer dat ik in De Haen hun gast was. Als huisbier hebben ze voor Warsteiner gekozen. Daar werd ik al meteen blij van. Duits bier gebrouwen volgens het ‘reinheitsgebot’. Ik hou me graag voor dat dit bier daarom onmogelijk ongezond kan zijn.

Toen ik aan het eind van de middag afrekende, complimenteerde ik Cor nog even met zijn mooie zaak. Het bracht hem op een idee. ‘Hier, ons gastenboek, schrijf jij daar ook even wat in?
Een vlugge inspectie van de eerdere reacties in het gastenboek leerde me dat de berichten allemaal min of meer dezelfde boodschap bevatten: heel veel succes met jullie mooie zaak. Niets mis mee, maar ik vond dat ik me als net gestart zelfstandig tekstschrijver ook in dit boek moest profileren. Adel verplicht tenslotte. Tekstschrijver ben je zeven dagen in de week, 24 uur per dag.
Maar er schoot me niet meteen iets passends te binnen. Om tijd te rekken zei ik tegen Cor: ‘Ik ga even naar het toilet, daarna schrijf ik er wat in.’

Voor het urinoir wilde het wereldidee nog niet meteen naar boven komen. Pas op het moment van afknijpen borrelde een bruikbare gedachte op. Ik moet iets doen met ‘de haan en zijn kippen’, bedacht ik. Op weg naar de bar vormden zich de zinnen zoals ze moesten worden. In het gastenboek staat nu:

Ik weet niet zeker of in een kippenhok met 9000 kippen één haan voldoende is. Maar in een dorp met 9000 inwoners is één Haen genoeg!

Tevreden trok ik mijn jas aan; uit mijn ooghoeken zag ik dat Cor het gastenboek doorgaf aan de klanten aan de bar.

Toch iets bedacht, net op tijd was ik even ‘kippig’ achter dat urinoir. Tevreden trok ik mijn jas aan; uit mijn ooghoeken zag ik dat Cor het gastenboek doorgaf aan de klanten aan de bar. ‘Hier’, zag ik hem zeggen, ‘lees even.’

Met een glimlach trok ik de deur van De Haen achter me dicht. En dat kwam niet alleen door de Warsteiner. Taal is een wapen. Het leukste wapen dat er is. De trekker van de taal overhalen en merken dat het schot doel treft, daar word ik vrolijk van.

Ben Tekstschrijver
25 februari 2011

Deel dit blog

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *