Navelknagertje

Een vergissing van de bank in uw voordeel?

We bestellen dekbedovertrekken bij KoopjeDeal. Ze zijn niet meer leverbaar, het geld wordt teruggestort. Keurig. Maar: een week later krijgen we bericht dat de dekbedovertrekken onderweg zijn. Een vergissing van de bank in uw voordeel, u ontvangt 55 euro. Pik in, ’t is winter. Maar dan begint het navelknagertje zich te roeren.

Deel dit blog

Mijn moeder leefde vanuit de tien geboden. Ook het achtste gebod: gij zult niet stelen. Daar ging ze ver in. Zo gaf ze de belastingdienst elke euro waar deze recht op dacht te hebben. ‘Geef des keizers wat des keizers is’, zei ze dan, verwijzend naar een vraag aan Jezus of er wel belasting betaald moest worden aan de Romeinse bezetter.
Op de ‘kan-dit-wel-momenten’ wees mijn moeder naar haar buik. ‘Voelt niet goed,’ zei ze dan. Dat moet het navelknagertje zijn geweest. Ook bij mij kruipt dit knagertje soms vanaf mijn navel naar mijn hoofd, negeert onderweg alle goedpratertjes, en klopt dan op het deurtje ‘Deugt niet’.

Ik vraag Elly of we niet even een berichtje moeten sturen naar KoopjeDeal. Waarom? We hebben toch niets verkeerds gedaan? De fout ligt toch bij KoopjeDeal? Toch stuurt ze de mail, ze weet dat mijn navelknagertje blijft zeuren, elke keer als ik onder het dekbedovertrek kruip.

Ooit zat ik met vrienden in Antwerpen in een kroeg. Ik kreeg mijn bier in een glas waar ‘Ben’ in gegraveerd stond. Wow, dit glas wilde ik hebben. Ik smokkelde het mee naar buiten, maar was de kroeg nog niet uit of het navelknagertje kwam tot leven. Hij fluisterde: een glas jatten? Dit gaat nooit goed voelen, elke slok uit dit glas zal een bijsmaak hebben. Je moet terug. Terug. Terug.
Elly ging mee terug. Hoofdschuddend, dat wel. Terug in de kroeg kocht ik het glas voor een rijksdaalder. Het glas staat nog steeds in mijn kast, ik drink mijn bier zonder bijsmaak.

Alleen de belastingdienst maakt het wel héél bont. ‘Dit is de omgekeerde wereld,’ tetterde Elly, ‘het is jullie fout, niet de mijne…’

Alleen de belastingdienst maakte het – het was nog in het guldentijdperk – wel héél bont. Elly zag op de aangifte dat ons 5000 gulden was toegekend. Het bedrag was gekoppeld aan een andere naam, de belastingdienst had duidelijk een fout gemaakt. Een vergissing van de bank in ons voordeel. Maar ja, we wisten ook dat de belasting een foutief toegekend bedrag later terug kan vorderen. We belden.

De belastingdienst zei niets te kunnen doen, we moesten de definitieve aanslag afwachten.‘Maar’,  zei Elly, ‘dan zit ik intussen met geld dat niet van mij is.’
‘U kunt bezwaar maken,’ zei de belastingdienst.
’Dat is de omgekeerde wereld,’ tetterde Elly, ‘het is jullie fout, niet de mijne…’
‘Helaas mevrouw, u moet écht wachten. Als het ónze fout is, corrigeren we dat met de definitieve aanslag.’
Morrend hing Elly de haak erop. Ze stelde het bedrag veilig op een spaarrekening. Later volgde de definitieve aanslag, de 5000 gulden was officieel van ons. Een paar weken later stond voor onze deur een leuke tweedehands Nissan Micra.

Zelfs het navelknagertje hield zich stil.

Ben Tekstschrijver

Heb jij een navelknagertje dat zo nu en dan klopt op het deurtje ‘Deugt niet’? En wat doe je dan? Negeren? Met hem in gesprek? Of doe je sowieso open?

Deel dit blog

Reacties Geef een reactie

  1. Oeps dit is voor mij echt een nobrainer. Te veel ontvangen geld etc. moet ik van mezelf teruggeven. Wettelijk overigens ook, denk ik, maar dat doet niet echt ter zake. Krijg ik een product thuis waar ik niet voor betaald hebt, dan neem ik contact op met de verzender en geef ik aan dat ik het op hun kosten terug ga sturen. Ik heb hier geen bijbel of wat dan ook voor nodig. Ik volg gewoon het motto: wat je niet wilt dat met jou gebeurt (een ander met jou doet), doe dat ook niet bij een ander. Niks bijzonders aan.

    1. Wat gij niet wil dat u geschiedt,
      doet dat ook de ander niet.

      Met deze oude wijsheid als levensmotto, hebben navelknagertjes een rotleven. Die vervelen zich te pletter….

  2. Oooh, ik ben ook een nagelknagertje…

    Zo herkenbaar. Ooit een kastje van de IKEA per ongeluk bij de zelfscankassa meegenomen zonder te betalen. 50 euro. Dacht in de auto ‘meer gekocht dan de bedoeling was en goedkoper uit bij de kassa….uhm dat klopt niet’.
    En inderdaad, het kastje. Terug naar de IKEA, zoonlief zei dat hij nooit terug zou zijn gegaan.
    Ze keken mij bij de IKEA aan alsof het niet goed ging met mij. ‘Ik loop even naar achteren’, zei de medewerker. En kwam terug met een flink bedrag aan bonnen voor het IKEA-restaurant. Wat hebben wij daar heerlijk van gegeten!

    1. Mooie actie van Ikea om jouw eerlijkheid te belonen met etensbonnen. Ik begrijp ook dat jouw ‘etentje op de bon’ bij Ikea je goed smaakte.
      Uit de reactie van de Ikea-medewerker maak ik op dat ze ook daar dit soort ontwapende eerlijkheid niet gewend zijn. Misschien moeten ze navelknagertjes gaan verkopen…

      😉

  3. Het woord ‘navelknagertje’ kende ik niet; het bijbehorende gevoel uiteraard wel. We hebben allemaal wel eens op de wip van het goed en kwaad gezeten. Ik had als 12-jarige jongen zo’n teken-apparaatje waarop je met een pastic stift schreef en door het uit- en weer in te schuiven, verdween het plaatje weer. Doordat mijn stift gesneuveld was, heb ik er bij V&D eentje uit zo’n apparaat gehaald en meegenomen. Het feit dat ik vorm, kleur, lengte en het al eerder genoemde bijbehorende gevoel nog feilloos weet te beschrijven, zegt toch wel heel veel. Zo niet alles …

    1. Dat je het woord navelknagertje niet kent, kan kloppen, ik heb het zelf verzonnen.
      Maar dat knagende gevoel ken je, dat blijkt mooi uit je V&D-herinnering.

      En wat prachtig gezegd: ‘Op de wip van goed en kwaad zitten…’
      Dank voor het delen.

    1. Mooi om te merken dat meer mensen dit herkennen. Dat meer mensen, zoals Ad hierboven zo prachtig zegt, zo nu en dan ‘op de wip van goed en kwaad’ zitten.

  4. Ik herken dat: een kleine middenstander zal aan mij nooit een euro tekort komen. “Doe je dat wel goed?’ is een regelmatig gebezigde strofe als men mij geld teruggeeft.

    Het armetierige tuincentrum is verlaten en leeg. Ondanks roepen en zoeken geen mens te bekennen om mee af te rekenen. Dus de spullen ingeladen en een briefje achtergelaten met telefoonnummer en wat ik meegenomen heb. Ook daar volgt na twee dagen nog geen reactie op. En dus maar eens gebeld en alsnog betaald. Geen glimlach, nog geen dank je wel. Maar ik kan gewoon niet met mezelf leven als ik van de armen steel.

    Makkelijker ging het bij de HEMA, waar ik met een tray vitaminetabletten bij de kassa sta en buiten tot de ontdekking kom dat er geen 12, maar slechts één tube afgerekend is. Niets menselijks is mij vreemd – al kan ik ook diverse voorbeelden aanhalen waarbij ik ook de HEMA attendeerde op vergissingen in mijn voordeel. Ik moet het gewoon niet weten op het moment dát…

    Het ligt ook wel aan de behandeling die ik kreeg als klant of de sympathie die ik voor die middenstander heb.

    Ik roep wel eens dat iedereen een prijs heeft. En ik denk ook niet dat als ik ook maar even kans zie weg te komen met een miljoen plus of ik mijn navelknagertje dan niet tot zwijgen zou weten te brengen. Maar voor schut gaan voor anderhalve euro of zelfs een paar tientjes… NO WAY!

    1. Geld teruggeven aan armetierige middenstanders klinkt goed, maar wegkomen met een miljoen plus van een grote keten klinkt ook aantrekkelijk. Het doet me denken aan Robin Hood. Ik denk dat ik je in plaats van Ron vanaf nu Robin Tuijnman ga noemen.
      Tip: wil je dan net zo legendarisch worden als de middeleeuwse legende Robin Hood dan moet je misschien wel je miljoen plus van de rijken uitdelen aan arme middenstanders…. 😉😉😉

  5. “Navelknagertje, leuk woord!
    Hoe fijn is het als je je verloren portemonnee terugkrijgt van een eerlijke vinder, die niet dacht ‘pik in, ’t is winter’. Die door mijn slordigheid misschien behoorlijk in de verleiding werd gebracht (om de maand nu eens wat makkelijker rond te komen).
    De vinder had misschien ook wel een ‘navelknagertje’……

    1. Petra hierboven zegt dat zij een ‘nagelknagertje’ is, dat kan natuurlijk ook… 😉

      Mijn moeder stond ooit in een kledingwinkel toen een mevrouw een kledingstuk in de uitverkoop wilde betalen en ontdekte dat ze haar portemonnee vergeten was. Mijn moeder bood toen aan om deze wildvreemde dame 150 gulden te ‘lenen’. Daardoor kon ze zelf niets meer kopen, haar geld was op.
      Een paar dagen later kwam de dame de 150 gulden terugbrengen. Het werd uitgebreid theeleuten. Zij zei toen dat ze door de actie van mijn moeder ineens ‘het vertrouwen in de wereld weer terughad’.

      Dat gevoel bij iemand teweegbrengen is ook wat waard. Laten we hopen dat jouw eerlijke vinder dit gevoel ook kreeg.

  6. Als klein kind vond ik ooit een zilveren rijksdaalder. Als zakgeld kreeg ik in die tijd één kwartje in de week. Kortom, dat waren voor mij tien weeksalarissen. Ik sprong een gat in de lucht. Echter mijn moeder stuurde mij zonder pardon naar het politiebureau om de vondst aan te geven. Als er niemand om kwam, zou ik hem terugkrijgen. Nooit meer iets van gehoord. Vele jaren later fietste ik in de buurt van Houten langs het Amsterdam-Rijnkanaal. Voor een rustpauze stapte ik af bij een brug. Onder die brug vond ik in het gras drie briefjes van 10 gulden. Ik kreeg geen last van mijn navelknagertje en stak ze monter in mijn zak. De volgende dag was ik weer in die buurt en keek voor alle zekerheid nog maar eens rond onder de brug. Tot mijn verbazing vond ik verspreid in het gras nog twee briefjes van 50 en een van 100 gulden. 230 gulden is toch wel een fors bedrag en waar kwam dat geld vandaan? Ik besloot dat het vast en zeker crimineel geld was en besloot het te houden. Het was weliswaar geen 10 weken salaris, maar toch wel een leuk zakcentje. Mijn knagertje sputterde slechts gering tegen. Had het bedrag in een portemonnee gezeten, dan had ik het zeker aangegeven. Ooit is mij ook eens een verloren portemonnee terugbezorgd. Maar van die losse flappen kon iedereen wel beweren de eigenaar te zijn. Daarmee was mijn geweten min of meer gesust. Ben ik de volgende dag weer gaan kijken? Inderdaad, zelfs nog twee keer, maar de bron bleek helaas definitief opgedroogd. En ook al ben ik een notoire slechte slaper, hiervan heb ik niet wakker gelegen.

    1. Tsja, dat die eerlijkheid van de kleine Hans niet is beloond (Een tiende van de rijksdaalder zou immers een extra weekloon zijn geweest) was de dood in de pot. Dan doet IKEA het beter! Maar troost je, er was vast een impliciete beloning (trots) van je moeder!

    2. Haha, ik probeer me voor te stellen wat er onder die brug in jouw hoofd gebeurde. Je zag enkele dagen lang briefjes van 10, 50 en 100 gulden in het gras liggen, of het manna in geldbriefjes geregend had. Maar dan toch de harde werkelijkheid: de bron droogt op.

      Ook mooi hoe je de tweestrijd beschrijft tussen ‘het navelknagertje’ en ‘het goedpratertje’. Het is duidelijk dat het goedpratertje goed van de tongriem gesneden was… 😉

      Een vergissing van een criminele bank in jouw voordeel. Jammer genoeg was het niet genoeg voor een tweedehands Nissan Micra…

  7. Mijn schoonmoeder kocht wel ongeveer 30 jaar geleden boodschappen bij Albert. Onder op haar boodschappenkarretje lag een pak wasmiddel. Bij het afrekenen vergat zij dat wasmiddel op de band te zetten. Toen ze weer thuis was, zat ze te lachen. Tja Albert heeft meer geld dan ik en waarschijnlijk ook geen 10 kinderen. Wat had dat mensje een schik. Geweldig.

  8. Beste Ben,

    Wat een mooi en herkenbaar verhaal.
    Ik hoor het je moeder zeggen, geen schik in mijn buukje😉
    Het woord navelknagertje ga ik onthouden, mooi gevonden.
    Wie weet nieuwe woord van het jaar voor de dikke van dale😆
    Heerlijk om te lezen, en zoals men altijd zegt:
    Eerlijkheid duurt het langst.

    Groetjes,
    Bertina

    1. Hi Bertina,

      Ja, ik hoef je niet uit te leggen waar dat navelknagertje vandaan komt….

      Doe mijn moedertje de groeten.

  9. Ja Ben alweer zo’n indrukwekkende gedachtegang.

    Zo heb ik eens een mooie fiets eerlijk gewonnen, maar ik had al een fiets en dus was mijn winst eigenlijk teveel van het goede. Enige tijd later werd mijn andere fiets – keurig op slot, maar niet aan een paal! – echter gejat; ik zag hem nota bene achterin de bruine Taunus wegrijden, maar ik kon het nummerbord niet lezen, waardoor de politie er niet veel mee kon doen, verdorie! Achteraf besefte ik een andere Bijbelse gedachte: ‘De vogels zaaien niet en maaien niet etcetera!’, oftewel, dat er ‘genoeg’ is, maar dat soms een ander ‘het’ meer nodig heeft!

    1. Er wordt iets van je gejat, de politie kan je niet helpen en wat doen je dan? Boos worden op alles en iedereen en op de bestuurder van de Taunus in het bijzonder? Of de mildheid in jezelf terugbrengen en bedenken dat ‘een ander die fiets misschien harder nodig heeft dan jij’? Hoe zullen we dit fenomeen noemen: het Mildemannetje?

      Dat laatste is wat mij betreft ook een ‘indrukwekkende gedachtegang’.

    1. Jeetje Nico, ik hoop toch niet dat dit blog van mij jou geld gaat kosten. Laat dat alsjeblieft niet zo zijn, want dan gaat mijn navelknagertje weer zo tekeer… 😉

  10. Oh help, ik heb ook een navelknagertje in mijn buik wonen. En eentje die ontzettend goed oplet. Nog voor ik maar definitief heb kunnen constateren dat ik teveel geld heb teruggekregen of te weinig heb afgerekend wordt er direct geklopt. Aaaaah, dat is zo irritant dat ik het niet kan negeren. Klop, klop, klop, tadaaaa hier ben ik weer, het navelknagertje. Zucht, ik draai me om en ga terug naar de winkel.

    Er is één keer geweest dat het navelknagertje niet geklopt heeft.
    Bij onze vorige auto vonden andere automobilisten het herhaaldelijk nodig om tegen onze auto aan te rijden. Iedere keer niet mijn schuld en je bent niet verplicht de schade te laten repareren en wij kregen dan geld van de verzekering. De waardeafname van de auto namen we op de koop toe, want we gingen de auto toch “oprijden”. Met hier en daar een deukje rijdt een auto nog prima.

    Op een dag was het weer zover. Ik sta op een T-splitsing te wachten om af te slaan. Een auto voor mij was al half de weg op gereden om linksaf te slaan en stond op een andere auto te wachten van rechts voor hij verder kon. Inmiddels kwam er van links ook weer een auto aan. Zonder te kijken zette mijn voorganger de auto in z’n achteruit en reed met zijn trekhaak in mijn bumper.

    Ik naar de garage om het schadebedrag te laten bepalen, zodat ik het op kon geven bij de verzekering. ‘Dat zal ongeveer 550 euro gaan kosten’ zei onze aardige garageman.
    ‘Oh jammer, dan moet er toch een schade expert bijkomen’ was mijn antwoord, want dat had ik van de tussenpersoon al gehoord.
    ‘Nou, zei hij, ‘dan maak je er 480 van, dan zijn er ook geen expertisekosten en krijg jij hetzelfde bedrag’.

    Win-win voor iedereen dacht ik, komt de verzekering er ook goed vanaf. Dit had ik zo opgegeven en er keurig bij gezet ‘let op, het gaat alleen om het gat in de bumper’. Toch kreeg ik bericht van de verzekering dat er een schade-expert wilde kijken. Prima, ik een afspraak gemaakt bij de garage die de verzekering had aangewezen en een leenauto gekregen. Eind van de dag werd ik op mijn werk gebeld door de garageman.
    ‘Mevrouw, de schade-expert staat hier en heeft uw auto total loss verklaard. De schade is hoger dan de dagwaarde van de auto en dat is 1500 euro’.
    Uh, dacht ik, voor een gat in de bumper??? De garageman ging verder: ‘Als u 1500 euro wilt ontvangen, moet u wel de auto inleveren, die wordt dan van de verzekering. Wilt u uw auto houden, dan wil de schade expert u 1000 euro geven’.
    Het navelknagertje bleef ijzig stil. Volgens mij heb ik alleen maar ‘ja, prima’ kunnen uitbrengen.

    Ik heb het bedrag geaccepteerd zonder enig schuldgevoel, en dat zegt wat bij mij. Nog jaren rondgereden met een gat in de bumper. En als ik erover nadenk, zou ik zweren dat ik ooit in dat gat het navelknagertje heb gezien. Met een brede grijns op zijn gezicht.

    1. Haha, ja, een soortgelijke ’truc’ heb ik ook wel eens toegepast. Ik had vroeger een vriend die altijd mijn auto repareerde, en me van nuttige adviezen voorzag om de kosten te drukken.
      Als ik dan een deuk in de auto reed, zei hij: ‘Ik stel voor dat je die deuk lekker laat zitten en wacht op de volgende deuk. Dan laten we bij de volgende reparatie ook die eerste deuk op kosten van de verzekering gelijk meenemen.

      Of we lieten een schade-expert komen. Mijn autovriend probeerde de schade dan zo hoog mogelijk in te zetten, in de hoop dat de uitkering van de verzekering ook hoog zou uitvallen.

      Uiteindelijk repareerde hij de auto dan voor veel minder. Het verschil – de ‘winst’ – deelden we dan.

      Mijn navelknagertje hield zich dan verrassend stil. Kan best zijn dat ook hij een brede grijns op zijn gezicht had.

      Ik denk dat onze navelknagertjes familie van elkaar zijn. 😊

  11. Ik ben nog niet zolang op Facebook en zag dit blog over het navelknagertje. Werkelijk geniaal.

    Ooit schreef je over je moeder en pannenkoeken eten met spek. Dat ben ik nooit vergeten!

    Ik meld me graag aan als vaste lezer van je blogs.

  12. Het lijkt mij over het algemeen dat mensen die benadeeld worden eerder terug gaan om iets te corrigeren dan mensen die bevoordeeld worden, zeker mbt grote bedrijven. Als het persoonlijker wordt zal het waarschijnlijk andersom zijn. Schuldgevoel, zoals hier in het klein vermeld, zal zijn redenen hebben. Echter zijn er ook situaties van mensen die door schuldgevoel volkomen ten onder zijn gegaan. Dat zijn interessante psychologische processen.

    1. Interessante bespiegeling: het calvinistische schuldgevoel heeft bij veel mensen de lol in het leven weggenomen, misschien omdat je daar dan ook weinig invloed op had. Dat begon met de zondeval, ergens bij Adam en Eva. Dus in je wieg lag je als ‘onschuldige’ baby al op een matrasje van schuld en boete.
      Ik denk dat mijn navelknagertje calvinistische roots heeft. Met dit verschil dat het navelknagertje wel tot zwijgen is te brengen, namelijk door hem gelijk te geven. En daarnaar te handelen. Zodat het onderbuikgevoel goed is.

  13. Mooie blog Ben, en ja ook herkenbaar.

    1. Restaurant rekening:
    Het moet ergens halverwege de jaren ’80 zijn geweest, dat ik met mijn toenmalige vriendin ergens in Zeeland in een restaurant zat te eten. Na het toetje vroeg ik om de rekening, en ik kon m’n ogen niet geloven. Snel afrekenen en wegwezen. Na 100 meter had ik al spijt. Wij hadden vast de rekening van een andere tafel betaald, terwijl die mensen waarschijnlijk onze veel hogere rekening voorgeschoteld zouden krijgen. Ja ik ben terug gegaan.

    2. Rekening bij sportcafe de Slag.
    Iedereen die wel eens in de Slag aan de bar heeft gezeten weet dat de barman van dienst vaker dronken dan nuchter achter de bar staat. Na het badminton op vrijdag blijven we nog wel eens plakken, en dan worden er diverse rondjes gegeven. Deze worden door de niet bijzonder nuchtere Hans opgeschreven. En ja, dat gaat niet altijd goed. Ik gaf een keer 2 rondjes aan een man of 6, en moest 7,50 Euro aftikken. Jammer johh. Het is helaas ook wel eens ietwat in mijn nadeel uitgevallen. Dan pak ik mijn verlies. Gelukkig nooit extreem.

    1. Jij hebt dus op gezette tijden ook te dealen met het navelknagertje. En ook jij gaat dan met hem in gesprek. In je eerste voorbeeld wint het navelknagertje en ga je terug, in het tweede geval negeer de je knager en heb je daar ook je redenen voor. Vergelijkbaar met mijn navelknager. Die hield zich in mijn voorbeeld over de belastingdienst ook stil. Soms voelen navelknagertjes zelf ook wel dat ze niet heel sterk staan en laten ze zich gemakkelijk overtuigen… 😉

  14. Mooi verhaal, Ben.

    Ik heb een slechtere inborst, getuige het volgende verhaal: ik zat ooit (pré-coronatijd) met een vriendin op een terras in Utrecht. Stralend mooi weer en stervensdruk. Met enige moeite konden we een tafeltje bemachtigen. Het duurde een eeuwigheid voordat de serveerster de bestelling kwam opnemen, maar ja, we zaten niet in het water, nietwaar?!
    Mijn vriendin een broodje zalm en ik een broodje eiersalade. Overmoedig (het was pas half één) vergezeld van een flinke bel witte wijn. Toen duurde het weer een minuut of twintig voor de broodjes kwamen. De wijn was al eerder gearriveerd dus te klagen hadden we niet en deden we ook niet.
    De broodjes vielen tegen. Het rucolagarnituur was verlept en de zalm was volgens mijn vriendin niet op z’n verst.
    Toen duurde het weer een kwartier van roepen en zwaaien voordat de serveerster terugkwam en we om de rekening vroegen. Er was inmiddels een klein uur verstreken. Wachten, en wachten, en wachten.

    Toen werd ik het zat. Ik zeg tegen m’n vriendin: ‘Weet je wat? We staan heel rustig op en lopen met een uitgestreken smoel het terras af.’
    ‘Kunnen we dat wel maken,’ vroeg ze angstig.
    ‘Tuurlijk…hup, in de benen. ”

    Zo gezegd, zo gedaan. Niemand riep ons terug. Bij nader inzien waren de broodjes eigenlijk prima. Het wijntje klotste aangenaam in onze magen. Nagelbijtertjes? Nooit van gehoord…

    1. Haha, ik snap dat je door al dat wachten op je broodje vooral last had van je nagelbijtertje. Ik vermoed ook – jouw verhaal lezend – dat die zalm gewoon niet meer vers was omdat het zo lang duurde voordat die bij jullie op je tafeltje stond.
      En ik snap ook dat het nagelbijtertje daardoor zo boos was dat het navelknagertje zich gedeisd hield…😉

  15. Herkenbaar Ben.

    Jaren terug vond ik met carnaval in Achterveld op de grond van de feestzaal een portemonnee. Zat maar liefste totaal € 250 in. Wie neemt er nu zoveel mee, dacht ik.
    Hoewel verleidelijk – ik kon zo heel wat rondjes van geven – ik naar de barman. Hij zei laat hier maar achter. Dat was even een brug te ver. Ik dacht: dan steekt hij het mogelijk zelf in zijn zak, dat kan ik ook wel. Hier heb je mijn adres en telefoonnummer, als iemand zich meldt en het kan omschrijven, kan het bij mijn worden opgehaald.

    De volgende dag werd ik gebeld door een vrouw dat ze haar portemonnee was verloren. Vroeg haar: waarom had je zoveel geld bij je?
    ‘Ja,’ zei ze, ‘wel een beetje dom, maar ik ben net genezen verklaard van kanker en wilde de bloemetjes eens goed buiten laten hangen.’

    Als je zoiets dan hoort en de portemonnee nooit had teruggegeven, was dat wel een heel grote navelknager gebleven. Gelukkig geeft dit een heel goed gevoel, het heeft haar superblij gemaakt. Dat is veel meer waard.

    1. De glimlach van de vrouw toen ze van jou de portemonnee terugkreeg, zal geleken hebben op de glimlach van die cd-verkoper in mijn verhaal. En het leverde bij ons beiden hetzelfde goede gevoel op.

  16. Ach, wij zijn per ongeluk in het bezit gekomen van een super-de-luxe winkelmand van een beroemde boekenwinkel. Een winkelmand uitgevoerd in canvas met leren flapjes en staal met een discreet logo. Een trofee voor de boekenliefhebber.
    Ik ben getrouwd met een rijzige, goedogende, uiterst vriendelijk en charmante man die goed gebekt is. Mevr. van Setten en anderen hier, kunnen dat beaamen. Bij het afrekenen van de stapel boeken in dat Walhalla, zette ik mijn mandje op de aangewezen plaats bij een van de drukke kassa’s. Onderwijl hield mijn makker, die al eerder zijn aankopen had afgerekend ondanks die drukte, een vriendelijk praatje met een van de twee bewakers. De andere bewaker, zo merkte ik, hield mij, de onschuld zelve, streng in de gaten. Dat overkwam mij vroeger wel vaker met mijn donkere uiterlijk en minder charmant zijnde.
    Enfin, even later lopen mijn makker en ik de koopgoot verder in. Ik met 3 grote zware papieren tassen… en hij met aan zijn arm ….zijn mand vol met boeken. We durfden niet terug te gaan. Ik denk dat ik tot op mijn ondergoed gefouilleerd zou zijn.

    1. Hi Peter,
      Dus jij hebt nu een winkelmand in je huis staan van canvas met leren flapjes. Een winkelmand met een verhaal, dat is zeker.
      Het ging per ongeluk. Eenmaal de winkel uit gingen jullie niet terug. Naar ik begrijp had het maar zo gekund dat de twee bewakers in blinde woede op je waren gesprongen, de knie op je nek hadden gezet en je tot op je ondergoed hadden gefouilleerd. En dat in zo’n sjieke boekenwinkel.

      Ik zie je navelknagertje voor me. Die dacht ook ‘geef mijn portie maar aan Fikkie’ en kroop angstig terug in zijn holletje. Of nog beter: in zijn mandje met leren flapjes…

    1. Mijn navelknagertje moet het inderdaad vooral van zijn eerlijkheid hebben. Toch hield ook mijn navelknagertje zich stil toen na die fout van de belastingdienst ineens een tweedehands Nissan Micra voor de deur stond.

      Tja, wie zonder zonden is, werpe de eerste steen… Mijn navelknagertje – bijbelvast als hij is – wil nog wel eens met deze Bijbelse uitspraak op de proppen komen, als zijn stilzwijgen bij hem een beetje knaagt. Of hij wil zeggen dat we soms ook maar een beetje vergevingsgezind moeten zijn.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *