Tasje met een boodschap

Het is de dag waar we als kinderen als een berg tegenop hebben gezien. En dan staat daar ineens dat boodschappentasje…

Deel dit blog

Vandaag verhuist mijn 87-jarige moeder naar een zorgcentrum. Het ging niet meer alleen thuis. Soms trof een buurvrouw haar aan, in de stoel, in het donker, omdat ze ‘vergat’ een lichtje aan te doen. Ondanks talloze lieve buren, kennissen en familie zakte ze steeds verder weg in het drijfzand van eenzaamheid. Ze kon niet meer teren op een leuk bezoek eerder die ochtend of een uitje later die dag. Met een harde schijf die weinig meer opslaat, wordt het leven vluchtig. Dan bestaat het leven vooral uit ‘dit moment’. En ook zo’n moment vervliegt waar je bij staat.

Hoe bereid je iemand met dementie voor op een verhuizing naar een verpleeghuis? Iemand die in de verte voelt wat gaat komen, maar zich met de moed der wanhoop vasthoudt aan de weinige vastigheden die ze nog heeft? Vertellen we mijn moeder dat ze binnenkort voorgoed de deur dichttrekt van de boerderij waar ze bijna zestig jaar heeft gewoond? Gaan we dit pijnlijke gesprek aan terwijl we weten dat ook deze boodschap waarschijnlijk verdwijnt in het zwarte gat van haar geheugen? Is het daarom misschien humaner om haar op de verhuisdag ‘per verrassing’ mee te nemen?
Wij besluiten als kinderen haar voor te bereiden. Het geeft haar de kans aan te geven welke spulletjes ze mee wil nemen naar haar ‘nieuwe huisje’. En ze kan starten met rouwen om de aloude waarheid van Louis Couperus: ‘Van oude mensen en dingen die voorbij gaan’.

Ze weet het! Ze zit klaar, ze heeft haar spulletjes gepakt. Er is dus toch wat blijven hangen van ons ‘voorgesprek’.

En dan staat daar op de verhuisdag ineens het boodschappentasje. Ze weet het! Ze zit klaar, ze heeft haar spulletjes gepakt. Er is dus toch wat blijven hangen van ons ‘voorgesprek’. In een plastic tasje van de supermarkt zitten een paraplu, een paar panty’s en een podderig roze sjaaltje waar ze nooit afstand van heeft willen doen. Dat sjaaltje dat bij haar hoort als de toga bij een dominee. Maar vooral, naast dat sjaaltje, verscholen in een plastic zakje, haar tandenborstel.

Haar tandenborstel.

Ze woonde op een boerderij, de koeien moesten gemolken. Nooit overnachtte ze op een camping of in een hotel. Nooit hoefde haar tandenborstel mee, nu stopt ze hem in haar ‘reistas’. Ze beseft dat ze op pad gaat, niet in haar eigen bed slaapt, ergens anders haar tanden gaat poetsen. Ze gaat voorbereid op reis. Een enkele reis, dat wel.

Ben Tekstschrijver

Deel dit blog

Reacties Geef een reactie

  1. Prachtig geschreven, ontroerend – en goed dat jullie haar wel van tevoren hebben ingelicht over de aanstaande verhuizing, hoe kort van memorie zij ook is geworden …

  2. Jij wil graag reacties op jouw schrijven. Nou goed, dit keer wil ik dat doen als reactie op het verhaal van je moeder.

    Ik begrijp dat dementie zeer aangrijpend is voor je moeder maar ook voor jullie, de kinderen. Dat komt min of meer tot uitdrukking in het eerste deel van jouw verhaal.

    Nou ben ik een ‘anti’-literatuur persoon. Wat bedoel ik daar mee. In de literatuur kom je vaak in (meestal) lange zinnen omschrijvingen tegen die een woord of betekenis moeten benadrukken. Dat kan op dramatische of humoristische wijze. Ik vind dat vaak terugkomen bij onze bekende schrijvers. Een soort van handtekening van: kijk eens hoe goed ik kan schrijven. Ik vind dat jij je ook op dat pad gaat begeven door bijvoorbeeld termen te gebruiken als Alzheimer Army, de Machinekamer, Louis Couperus.

    Het is inderdaad juist dat boodschappentasje wat zo intrigerend is!! Hoe heeft je moeder dat voor elkaar gekregen? Je somt een aantal dingen op en je noemt de tandenborstel sec. Ik ben ook geinteresseerd in die overige dingen. Wat dacht jouw moeder bij het inpakken, wanneer is zij daarmee begonnen, waarom juist die creme of shampoo. Hoe kwam zij aan het zakje, waren het haar puur dagelijkse dingetjes wat haar geheugen nog kon bevatten. Was juist dit nog over van haar leven. Kortom in mijn bescheiden beleving vind ik het onderwerp zo mooi maar ik wordt afgeleid door de fotostudio, Couperus en de literaire toevoegingen. Dat heb jij niet nodig.

  3. Jeetje man, wat heb je dit mooi onder woorden gebracht. Voor mij bijna dagelijkse kost, daarom sluit ik me beroepshalve vaak af van de emoties. Maar het raakt me hoe je het verhaal omschrijft. Ik hoop dat ze net als Wims moeder het naar haar zin gaat krijgen. Dat ze steun vindt bij gelijkgestemden en vertrouwen krijgt in het personeel dat voor haar zorgen gaat. Dat het tehuis een thuis voor haar wordt…

  4. Mooi geschreven en een herkenbaar dilemma. Wij kozen er jaren terug voor om het niet te vertellen. Tja, het blijft altijd kiezen tussen twee kwaden…

  5. Mooie woorden. Mijn ouders zijn op hoge leeftijd nog altijd samen en wonen nog zelfstandig, maar het verhaal is toch zo voorstelbaar en herkenbaar…

  6. Mooi geschreven en helaas erg actueel. Ook mijn moeder kan om deze reden niet meer thuis wonen. Ook wij moeten onszelf en haar voorbereiden op een aanstaande verhuizing…

  7. Heel mooi. Mijn schoonmoeder is ook dement, zij woont nog samen met haar man, maar soms is het ondraaglijk voor hem, hij is 84 en zorgt dag en nacht voor haar en zij wil niets, alles moet zo blijven zoals het was.

  8. Wat een prachtig stukje. Het is treffend hoe je zoekend betekenis probeert te geven aan je eigen ’terra ingognita’. Ergens in dat grote niets wordt er gevoeld, gehoord en ervaren door je moeder. De keus om haar wel te vertellen waar ze naar toe gaat is blijkbaar een goede geweest. Misschien wel ongeacht de uitkomst.

  9. Ik raak ontroerd van je verhaal. Vreselijk vind ik het om te zien hoe oudere mensen langzaam de weg kwijt raken. Maar met jouw moeder komt het wel goed. Die heeft zich altijd gered. Geef d’r een dikke knuffel van me.

  10. Heel herkenbaar. Mijn vader woont nog zelfstandig in een aanleunwoning met veel thuiszorg. Eigenlijk lukt dat niet meer. Midden in de nacht gaat hij dwalen, belt aan bij buren en geeft daardoor overlast. Dat gebeurt omdat hij zijn omgeving dan niet meer herkent, angstig wordt en gaat dwalen. En dat is zo triest. Gevolg is dat ook bij hem gestuurd wordt op een verpleeghuisopname, maar hij wil dat niet, ervaart het als een ‘overval’ en wordt hier extra wantrouwig en angstig door. Wij zitten dus midden in die overgang.

    Mooi zoals je dat hebt beschreven.

  11. Bijzonder mooi. Wat me het meeste raakt, is het respect voor de kern van de mens, voor de unieke persoon en diens waardigheid – in welke speciale omstandigheid die ook verkeert…. En het niet voor die persoon al invullen, hoe goed bedoeld ook…

    Dank, dierbaar!

  12. Mag ik alsnog reageren op je laatste blog? Ik ben erg laat maar had een venijnige griep en ben nu net terug van een excursie met de ‘Western Front Association’, mijn Eerste Wereldoorlogclub, naar de Vlaamse Westhoek. Boeiend.

    Als altijd heb je het lastige dilemma weer mooi en ontroerend onder woorden gebracht en gelukkig bleek dat jullie de juiste keuze hebben gemaakt. Dat je zo liefdevol over je moeder spreekt, zegt vooral ook iets over jou zelf. Laat ik niet sentimenteel doen, maar jij bent gewoon een prachtmens en je moeder mag knap blij zijn met zo’n zoon. Ook stemt mij gelukkig dat je de literatuur niet schuwt. Uit een andere reactie begrijp ik dat er kennelijk mensen bestaan die anti-literatuur zijn. Voor mij volstrekt onbegrijpelijk. Als iets je leven kan verrijken, is het wel de literatuur. Maar uiteraard mag je daar anders over denken.

  13. Marrie de Graaf, wie kent haar niet! De lieverd! Mijn moeder die helaas zes weken geleden is overleden, kwam nog regelmatig op de koffie bij je moeder!

  14. Tante Marrie, wat een zeer goed mens. Wat heeft tante Marrie veel betekend voor veel mensen. Wat een afstanden heeft ze gefietst voor ziekenbezoek in Hoevelaken en omgeving. Een moeder om trots op te zijn.

  15. Ik kende je moeder… Altijd vriendelijk, een altijd zwaaien. Mijn schoonouders woonden schuin aan de overkant op de Weldammerlaan.

  16. Jouw moeder heeft mjin vader toen hij ziek was, vele kaartjes bezorgd met mooie en duidelijke teksten. Dit zal mijn altijd bijblijven. Dat kleine vrouwtje, altijd op haar fiets en in Hoevelaken, die al die mensen die wat nodig hadden haar eigen boodschappen bezorgde.

  17. Is jouw moeder die dame die op haar fiets over het Kerkepad reed en maar bleef zwaaien tot ze bijna van haar fiets viel? Ik realiseerde me kortgeleden namelijk dat ik haar al een tijd niet meer heb gezien.

    Ik loop elke dag met mijn hond over het Kerkepad en we zwaaiden altijd naar elkaar, maar op een gegeven moment vond ik het zo gevaarlijk voor haar worden dat ik bijna geen ‘dag mevrouw’ meer durfde te zeggen ;). Ik vroeg me al af wat er met haar gebeurd is, dus ik ben blij met jouw blog.
    Waarschijnlijk weet ze niet wie ik ben, maar doe haar maar de groeten.

  18. Terug van vakantie vind ik jouw verhaal over je moeder. Wat een reacties heb je gekregen, en terecht!

    Ben benieuwd naar wat er allemaal is achtergebleven op de boerderij. Het achterlaten van geliefde spullen kan een pijnlijk proces zijn!
    Je noemt dat sjaaltje podderig, een woord dat mijn schoonmoeder vaak gebruikte. Streektaal, ze woonde in Renswoude, Utrechtse heuvelrug. Het betekent (volgens mij) zoveel als: smoezelig, beduimeld, verfomfaaid. Klopt dat?

    Zie uit naar je volgende verhaal, zoals altijd…

  19. Ik wil mijn aanmelden voor uw blog. Uw moeder heeft een hart van goud en is een bijzonder lieve vrouw. Laatst ben ik bij haar op bezoek geweest waar ze nu woont. Ik weet dat ze het daar goed heeft.

  20. Ontroerend en met veel mededogen geschreven. Vol herkenning…..Chapeau!

    Ik denk zo dat niemand jouw verhaaltjes kan lezen zonder emotie te voelen. En wat spreekt er veel liefde uit voor je moeder! ‘N gouwe wijfie met ’n gouwe zoon!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *